Toen was de techniek aan de beurt. Een buizenstelsel werd in de wanden ingegraven. Voor geinteresseerden is er een pagina watertechniek.
Toen alle buizen op hun plek zaten en waterdicht op elkaar waren
aangesloten was het folie aan de beurt. Maar voordat dat uitgelegd kon
worden moest eerst de bovenrand worden gemaakt. Daarvoor werd iets
onder straatniveau rondom een rij stoeptegels gelegd. Daarop werd een
cirkel van klinkers gemetseld. Een grote lap EPDM rubber werd over de
kuil gelegd en eerst met de bodemdrain verbonden. Daarna kwam er een
laagje water in zodat het rubber netjes ging aansluiten op de bodem. Na
het aansluiten van de oppervlaktedrain kon de rand afgewerkt worden het
rubber werd over de klinkerrand gelegd en aan de binnenzijde kwamen
blokjes natuursteen op het rubber gelijmd, nog net ondersteund door de
tegelrand. Het water komt zo tegen de stenen rand te staan. De gleuf tussen blokjes en bestrating werd gevuld met grit.
![]() ![]() Als
laatste werden rondom op het
folie repen folie gelijmd die vanaf de rand over de plooien hangen.
Deze repen geven de wand niet alleen een glad uiterlijk, maar worden
ook gebruikt om randbeplanting aan te hangen. De grit-rand tussen
blokjes en bestrating levert een groeiplek voor oeverbeplanting. Aan de
achterzijde, waar de betrating rechtdoor gaat en dus niet meebuigt met
de cirkel, ligt een klein stukje moeras. ![]() |
|